Vanaf Channel Builder v1.880 is het mogelijk om maalstops te implementeren in de 1D-modelschematisatie. Een maalstop wordt geschematiseerd door een fictief object van het type Flow – Orifice dat bovenstrooms van het gemaal wordt toegevoegd. Wanneer de waterhoogte benedenstrooms van het gemaal een op te geven maalstoppeil overschrijdt, wordt de orifice gesloten.
Het schematiseren van een maalstop gebeurt op het tabblad Outlet Pumps onder Pumps. Onder Shape fields achter Downstream Emergency Stop Level kan een (optioneel) veld worden aangewezen dat voor ieder gemaal het maalstoppeil bevat. Als de waarde in het veld leeg is (nodata) wordt er voor dat gemaal geen maalstop geïmplementeerd.

Als het model gebouwd en geïmporteerd is, is de maalstopconstructie te herkennen aan een Flow – Orifice die aan bovenstroomse zijde van het gemaal ligt.
De maalstop wordt geschematiseerd als een orifice met ID-postfix ‘stp’. De maalstop is uitgerust met een hydraulic controller.
We merken op dat Channel Builder zelfstandig bepaalt welke zijde van het gemaal de laagwaterzijde (bovenstrooms) en welke de hoogwaterzijde (benedenstrooms) betreft. De dimensionering van de fictieve Orifice is nu nog arbitrair: drempel 2 m onder streefpeil en 5 m breed en 5 m hoog. Mogelijk worden deze dimensies in een volgende versie nog afgestemd op de gemaalcapaciteit.